From 1 - 10 / 93
  • De dataset watertorens bevat alle 306 bekende, thans nog bestaande watertorens van Nederland. Deze is gebaseerd op de inventarisatie die gepubliceerd is via https://www.watertorens.eu. De oudste nog bestaande watertoren dateert uit 1671. Er zijn 116 watertorens aangewezen als rijksmonument. Door technologische ontwikkelingen is hun functie als watertoren beëindigd. De kenmerkende landschapselementen zijn daarom soms herbestemd.

  • Na de ijstijden werd het in Nederland warmer en natter, waardoor op sommige plekken dode planten niet afgebroken werden maar zich opstapelden. Na eeuwen van opstapeling ontstond op die manier een dikke veenlaag. Vanaf de late middeleeuwen begon men dit veen te systematisch in gebruik te nemen. Om het veen te kunnen ontginnen werden slootjes voor afwatering gegraven. Meestal gebeurde dit vanaf een riviertje recht het veen in, zodat parallelle stroken ontstonden. Tussen de parallelle slootjes kon dan landbouw worden bedreven. Door de ontwatering zakte het maaiveld, waardoor aan de Zuiderzeekust het gebied kon overstromen. Hier is dan ook een kleilaagje over de "agrarische veenontginning" afgezet, de zogenaamde "klei-op-veengebieden".Deze natte gebieden hadden een natuurlijke aantrekkingskracht op watervogels. Er werden eendenkooien aangelegd om watervogels gemakkelijker te vangen. Veel eendenkooien zijn reeds verdwenen maar er liggen nog enkele zichtbaar in het landschap, vooral in de Kop van Overijssel.Na de late middeleeuwen begon men op grotere schaal veen te winnen om als brandstof te gebruiken. Deze "verveningen" waren in eerste instantie niet grootschalig gecoördineerd. Vanaf de 19e eeuw werd het winnen van turf planmatig en grootschalig aangepakt, waarbij op vaste afstand van elkaar wijken werden gegraven om de turf te kunnen afvoeren. Voor deze "veenkoloniën" werden kanalen gegraven zoals de Dedemsvaart. Soms kwam het maaiveld door vervening of agrarisch grondgebruik zo laag te liggen dat met behulp van dijken, molens en/of sluisjes het land kunstmatig droog gehouden moest worden en er "polders" ontstonden. In deze update van het vlakkenbestand van 2022 zijn enkele gebieden in de kop van Overijssel die oorspronkelijk aangemerkt waren als droogmakerij omgezet naar agrarische veenontginning, omdat dit beter aansluit bij de ontstaansgeschiedenis van die gebieden.

  • AHN1 5 meter raster

  • Deze kaart geeft ruilverkavelingen weer uit de cultuurhistorische informatiekaart van de provincie Overijssel (uit 2013). De data is nagekeken op compleetheid en waardering, zodat deze kan worden opgenomen in de cultuurhistorische waardenkaart (in voorbereiding, 2022). Zie ook de uitgebreide metadata uit 2013 voor deze laag. In de tussenperiode is een dataset Landinrichtingsprojecten (shapefile) van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) beschikbaar gekomen waarin landelijke informatie over de ruilverkavelingen is opgenomen.Met deze nieuwe gegevens zijn 21 extra vlakken opgenomen. Daarbij zijn de volgende keuzes gemaakt:A. Door de wisselende kwaliteit van de gegevens in de shapefile van de RCE is bij twijfel de bestaande dataset van de cultuurhistorische informatiekaart van de provincie Overijssel aangehouden.B. In sommige gevallen volgen meerdere ruilverkaveling in hetzelfde gebied elkaar op. Bij overlap is altijd eerst de oudste ruilverkaveling opgenomen, waarna vervolgens de nieuwe ruilverkaveling daar omheen is gelegd. De oudste ruilverkaveling ligt dan als een uitsnede in de jongere ruilverkaveling.Door het ontbreken van een compleet landelijk overzicht van alle ruilverkavelingen is het overigens niet uit te sluiten dat er in de toekomst nog enkele oude, afgesloten ruilverkavelingen naar voren komen. De verwachting is bijvoorbeeld dat rondom Haarle een ruilverkaveling moet zijn geweest, maar vooralsnog komt dat uit geen enkele inventarisatie naar voren.

  • Het 3D Omgevingsmodel voor Geluid is een digitaal topografisch bestand voor geluidsimulaties. De dataset is specifiek bedoeld voor de opbouw van een model voor berekeningen van geluid door de omgeving van weg- en railverkeer en industrie. Het bestand is gebaseerd op topografie uit de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT), de gebouwen uit de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG), en volledig automatisch gegenereerd uit luchtfotobeelden en het Actueel Hoogtebestand Nederland. 3D Geluid bestaat uit de volgende producten: - Bodemvlakken (2D) - Hoogtebeschrijving terrein (TIN) - 2D modellen van gebouwen

  • Waarnemingen van de otters in de leefgebieden. Otters hebben geen vaste verblijfplaats maar trekken rond in hun leefgebied met verschillende natuurlijke rustplekken. Ze leggen daarbij in een nacht grote afstanden af tot wel twintig kilometer. Het gebied wordt gemarkeerd met ‘spraints’ (uitwerpselen). Omdat otters een solitair bestaan leiden, zijn deze spraints het belangrijkste communicatiemiddel voor soortgenoten. Deze sporen worden vastgelegd voor waarneming.

  • Leefgebieden van otters. Een kaart met onderscheiden de potentiële leefgebieden en migratieroutes en een kaart met alle knelpunten, gecategoriseerd op basis van prioriteit. Van een verkeersknelpunt is sprake wanneer er op een locatie binnen of tussen actuele leefgebieden een redelijke kans is op verkeersslachtoffers (Kuiters & Lammertsma, 2014). Bij het beoordelen van de urgentie van een verkeersknelpunt is er gelet op het volgende: 1. De geschiktheid van de watergang en oeverzone als migratieroute voor de otter. 2. Het type weg (gemeentelijke-, provinciale- of rijksweg). 3. De maximale snelheid op de betreffende weg (vanaf 60 km/u fataal). 4. De aanwezigheid van een onderdoorgang en de omvang en het type ervan. 5. De aanwezigheid van obstakels in de onderdoorgang. 6.De aanwezigheid van begeleidende rasters langs de weg. Met de kaart van het Natuurnetwerk Nederland (NNN) is gekeken in hoeverre de potentiële leefgebieden en migratieroutes overeenkomen met de ecologische verbinding die gerealiseerd zijn/worden.

  • In de dataset 'Rijksmonumentale boerderijen' zitten meer dan 6600 boerderijen die beschermd zijn als rijksmonument. Het gaat om het hoofdgebouw van het (voormalige) agrarische bedrijf. Soms gaat het om boerderijen die onderdeel uitmaken van een landgoederencomplex. 64 van deze boerderijen zijn geselecteerd als kenmerkend voorbeeld voor een boerderij-type voor die streek of regio. Van deze voorbeeldboerderijen zijn fotolinks en een omschrijving van het boerderij-type opgenomen. Met een alternatieve style kunnen deze voorbeelden worden getoond. De kaart is gebaseerd op het Monumentenregister dat in beheer is van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Voor de selectie is gebruik gemaakt van verschillende gegevens uit het register, zoals de oorspronkelijke functie, de omschrijving of informatie over het monumentencomplex.

  • Door de provincie Gelderland wordt gewerkt aan het herstelprogramma Vennen en Venen N2000 Veluwe. Om de habitattypen te kunnen beoordelen is data nodig.

  • Deze Openbare Mapserver van Bureau Monumenten Rotterdam toont de Rotterdamse monumenten,cultuurhistorische verkenningen,beschermde stadsgezichten