From 1 - 10 / 25
  • Grenzen Nationale parken provincie Drenthe: Dwingelderveld en Drents-Friese Wold en Drentsche Aal. Grens van het Beek- en Esdorpen landschap Drentsche Aa. Advies van de Commissie Drentsche Aa, over nationale parken met verbrede doelstelling, in opdracht van staatssecretaris mevr. G. Faber.

  • Gewenste natuurdoeltypen van bestaande en nieuwe natuurgebieden overeenkomstig de gebiedsvisies van de Provincie Drenthe, te weten: Noordenveld, Smilde, Drentse Aa, Hunze / Veenkolonien, Vledder- en Wapserveense Aa, Oude Vaart, Middenveld / Oude Diep, Geeser-, Wester- en Sleenerstroom, Reest / Hollandscheveld en de Zuidoostdrentse veengebieden, situatie 2002.De natuurdoeltypen zijn gecorrigeerd per juli 2002 (Van enkele gebiedsvisies zijn de natuurdoeltypen op een grover schaalniveau dan 1:10.000 geklassificeerd.)De natuurdoeltypen zijn een streefbeeld voor de realiseringstermijn (tot 2018) van de Ecologische Hoofdstructuur van de provincie Drenthe.

  • Informatie over gebouwen voor de verblijfsaccommodatie, verzameld via enquetes.

  • Begrenzing ruimtelijke ontwikkeling van kernen in het kader van de signaalnotitie d.d. 21 maart 1997.

  • Waterschapsgrenzen per 1 januari 1995 voor noordoost Nederland.

  • Provinciaal dekkend bestand van ISO lijnen van grondwaterstijghoogte in een watervoerend pakket

  • Informatie over terreinen van de verblijfsaccommodatie, verzameld via enquetes.

  • In het door Provinciale Staten vastgestelde Provinciaal Omgevingsplan Drenthe II, van 7 juli 2004 is op kaart D het fosfaatbindend vermogen bij een hoogste grondwaterstand opgenomen. De mate waarin landbouwgronden fosfaat lekken naar het oppervlaktewater hangt af van de capaciteit van de bodem om fosfaat vast te houden (fosfaatbindend vermogen) en van de stroming van het water door de bodem naar het grond- en oppervlaktewater. In kalkloze gronden wordt fosfaat vooral gebonden aan ijzer- en aluminiumhydroxiden. In kalkhoudende gronden wordt fosfaat vooral vastgelegd in de vorm van calciumfosfaten. De kans op fosfaatuitspoeling naar het grond- en oppervlaktewater neemt toe naarmate de bodem meer met fosfaat verzadigd raakt en de grondwaterstand hoger is.

  • Gewenste natuurdoeltypen van bestaande en nieuwe natuurgebieden overeenkomstig de gebiedsvisies van de Provincie Drenthe, te weten: Noordenveld, Smilde, Drentse Aa, Hunze / Veenkolonien, Vledder- en Wapserveense Aa, Oude Vaart, Middenveld / Oude Diep, Geeser-, Wester- en Sleenerstroom, Reest / Hollandscheveld en de Zuidoostdrentse veengebieden. De kaart is de situatie per juli 2002.(Van enkele gebiedsvisies zijn de natuurdoeltypen op een grover schaalniveau dan 1:10.000 geklassificeerd). De natuurdoeltypen zijn een streefbeeld voor de realiseringstermijn (tot 2018) van de Ecologische Hoofdstructuur van de provincie Drenthe.

  • In het door Provinciale Staten vastgestelde Provinciaal Omgevingsplan Drenthe II, van 7 juli 2004 is op kaart D het fosfaatbindend vermogen bij een hoogste grondwaterstand opgenomen. De mate waarin landbouwgronden fosfaat lekken naar het oppervlaktewater hangt af van de capaciteit van de bodem om fosfaat vast te houden (fosfaatbindend vermogen) en van de stroming van het water door de bodem naar het grond- en oppervlaktewater. In kalkloze gronden wordt fosfaat vooral gebonden aan ijzer- en aluminiumhydroxiden. In kalkhoudende gronden wordt fosfaat vooral vastgelegd in de vorm van calciumfosfaten. De kans op fosfaatuitspoeling naar het grond- en oppervlaktewater neemt toe naarmate de bodem meer met fosfaat verzadigd raakt en de grondwaterstand hoger is.